Prikaccidenten in Nederland

“In Nederland worden circa 15.000 prikaccidenten per jaar geregistreerd, waarvan circa 95% beroepsgebonden is. Het werkelijke aantal accidenten ligt veel hoger.” Aldus Paul van Wijk, adviseur infectiepreventie voor het Academisch Medisch Centrum (AMC). 8% van alle beroepsgebonden prikaccidenten wordt gerapporteerd vanuit huisartsen, tandartsen en hun personeel*. Prikaccidenten is een verzamelnaam voor alle accidenten waarbij transmissie van bloed of met bloed besmette vloeistoffen mogelijk is. Voorbeelden hiervan zijn prikken of snijden aan gebruikte naalden of messen, menselijke beten of krabben en spatten met menselijk bloed. Prikaccidenten kunnen leiden tot de overdracht van besmettingen en infecties. Ze vormen een bedreiging voor de veiligheid van zorgprofessionals.

* Bron: RIVM, publicatie Verbetering van de afhandeling van prikaccidenten in Nederland

Risico’s van prikaccidenten

Het belangrijkste risico van prikaccidenten is de transmissie van hepatitis B-virus (HBV), hepatitis C-virus (HCV), en/of het humaan immuundeficiëntievirus (hiv). Een infectie met een van de genoemde virussen kan leiden tot een chronische infectie waarbij de patiënt weer een bron kan zijn van verdere besmettingen. Prikaccidenten worden ingedeeld in 3 risicocategorieën: hoogrisicoaccidenten, waarbij er een risico is op overdacht van hepatitis B, hepatitis C en hiv, laagrisicoaccidenten, die alleen een risico vormen voor de overdracht van hepatitis B, en accidenten zonder risico op overdracht van bloedoverdraagbare aandoeningen. Hoogrisicoaccidenten kwamen vooral voor in het ziekenhuis, terwijl laagrisicoaccidenten vooral buiten het ziekenhuis voorkwamen.


Uitsplitsing naar risico per virus
Risico accident Globale inschatting. HBV  HCV  Hiv
Verwonding door subcutaan gebruikte injectienaald (insuline/heparinenaald)  Laag +  -  -
Verwonding door intramusculair gebruikte injectienaald zonder zichtbaar bloed van bron  Laag +  -  -
Verwonding door intramusculair gebruikte injectienaald met zichtbaar bloed van bron  Hoog ++  +  +
Verwonding door intracutaan of subcutaan gebruikte hechtnaald zonder zichtbaar bloed van bron  Laag +  -  -
Verwonding door andere hechtnaald dan bovengenoemd of hechtnaald met zichtbaar bloed van bron  Hoog ++  +  +
Verwonding door naald of lancet gebruikt bij vingerprik (glucosebepaling)  Hoog ++  +  +
Percutane verwonding, anders dan bovengenoemd, bijvoorbeeld infuusnaald, operatiekamerinstrumenten  Hoog ++  +  +

Symbolen in tabel:

  • - betekent risico op overdracht van betreffende virus verwaarloosbaar
  • + betekent risico op overdracht van betreffende virus klein
  • ++ betekent risico op overdracht van betreffende virus groot

Verbetering van de veiligheid

Ter bevordering van de veiligheid van zorgprofessionals is de ARBOwet in mei 2013 aangepast en worden er strengere veiligheidseisen gesteld aan scherpe medische hulpmiddelen. Ook het recappen - het terugplaatsen van de dop op de naalden - is niet langer toegestaan. 7% van het aantal gerapporteerde prikaccidenten is het gevolg van recapping.